 
Instellingen
In het menu Instellingen kunt u verschillende 
telefooninstellingen aanpassen. U kunt voor 
sommige menu-instellingen de 
oorspronkelijke waarden herstellen door Menu > 
Instellingen > Fabrieksins. terugzetten te selecteren.
Profielen
De telefoon heeft verschillende instellingsgroepen ofwel 
profielen, waarvoor u de beltonen voor verschillende 
gebeurtenissen en omgevingen kunt instellen.
Selecteer Menu > Instellingen > Profielen, het gewenste 
profiel en Activeer om het geselecteerde profiel te 
activeren, Aanpassen om het profiel aan te passen, of 
Tijdelijk om de vervaltijd van het actieve profiel in te 
stellen. Wanneer dit tijdstip is aangebroken, wordt het 
vorige niet-tijdelijke profiel actief.
Als u de stille modus wilt activeren, kunt u ook # 
ingedrukt houden.
 
M e n u f u n c t i e s
45
Tooninstellingen
Selecteer Menu > Instellingen > Tonen en wijzig naar 
wens de beschikbare opties van het actieve profiel. 
De telefoon ondersteunt beltonen in MP3-indeling. 
U kunt uw opnamen ook instellen als beltoon.
Selecteer Waarschuw. bij: om de telefoon zodanig in 
te stellen dat deze alleen overgaat bij oproepen van 
een geselecteerde bellergroep.
Mijn snelkoppelingen
Door persoonlijke snelkoppelingen in te stellen, krijgt 
u snel toegang tot de telefoonfuncties die u het 
meest gebruikt. Selecteer Menu > Instellingen > 
Mijn snelkoppelingen en een van de volgende opties:
Rechter selectietoets of Linkerselect.toets—om een 
telefoonfunctie aan de rechter- of linkerselectietoets 
toe te wijzen. 
Navigatietoets—om functies te selecteren die aan de 
bladertoets zijn gekoppeld. Ga naar de gewenste 
navigatietoets, selecteer Wijzigen of Wijs toe en 
selecteer een functie in de lijst.
 
M e n u f u n c t i e s
46
Oproep- en telefooninstellingen
Selecteer Menu > Instellingen > Oproepen en een 
van de volgende opties:
Doorschakelen (netwerkdienst)—om inkomende 
oproepen door te schakelen. Neem contact op met de 
serviceprovider voor meer informatie.
Automatisch opnieuw kiezen > Aan— om een 
nummer na een mislukte poging nog 10 keer 
proberen te kiezen.
Wachtfunctieopties > Activeer— om door het 
netwerk gewaarschuwd te worden als er een nieuwe 
binnenkomende oproep is terwijl u een gesprek voert 
(netwerkdienst).
Identificatie verzenden (netwerkdienst)—om in te 
stellen dat uw nummer wordt weergegeven bij de 
persoon die u belt.
Selecteer Menu > Instellingen > Telefoon > 
Taalinstellingen > Taal display om de displaytaal voor 
de telefoon in te stellen.
 
M e n u f u n c t i e s
47
Weergave-instellingen
Als u de levensduur van de batterij wilt verlengen met de 
energiespaarstand, selecteert u Menu > Instellingen > 
Weergave > Energiespaar-stand > Aan. Er wordt een 
digitale klok weergegeven wanneer gedurende bepaalde 
tijd geen functie van de telefoon wordt gebruikt.
Als u de levensduur van de batterij wilt verlengen met 
de sluimermodus, selecteert u Menu > Instellingen > 
Weergave > Slaapstand > Aan. Het scherm wordt 
uitgeschakeld wanneer gedurende bepaalde tijd geen 
functie van de telefoon wordt gebruikt.
Instellingen voor tijd en datum
Selecteer Menu > Instellingen > Datum en tijd. 
Selecteer Instellingen datum en tijd om de datum en 
tijd in te stellen. Selecteer Instellngn datum en 
tijdnotatie om de datum- en tijdnotatie in te stellen. 
Selecteer Datum en tijd autom. aanpassen 
(netwerkdienst) om in te stellen dat de datum en tijd 
automatisch moeten worden bijgewerkt op basis van 
de huidige tijdzone.
 
M e n u f u n c t i e s
48
Connectiviteit
Draadloze Bluetooth-technologie
In sommige landen gelden beperkingen voor het 
gebruik van Bluetooth-apparaten. Raadpleeg de 
lokale autoriteiten en uw leverancier voor meer 
informatie.
Dit apparaat voldoet aan de Bluetooth-specificatie 2.0 die 
de volgende profielen ondersteunt: handsfree, headset, 
object-push, bestandsoverdracht, inbelnetwerk, 
synchronisatieverbinding en seriële poort. Gebruik door 
Nokia goedgekeurde toebehoren voor dit model als u 
verzekerd wilt zijn van compatibiliteit met andere 
apparatuur die Bluetooth-technologie ondersteunt. 
Informeer bij de fabrikanten van andere apparatuur naar de 
compatibiliteit met dit apparaat.
Op sommige plaatsen gelden beperkingen voor het gebruik 
van Bluetooth-technologie. Raadpleeg de lokale 
autoriteiten of serviceprovider voor meer informatie.
 
M e n u f u n c t i e s
49
Als functies gebruikmaken van Bluetooth-technologie of als 
dergelijke functies op de achtergrond worden uitgevoerd 
terwijl u andere functies gebruikt, vergt dit extra 
batterijcapaciteit en neemt de levensduur van de batterij af. 
Met Bluetooth kunt u de telefoon verbinden met een 
compatibel Bluetooth-apparaat dat zich op een 
afstand van minder dan 10 meter bevindt. Aangezien 
Bluetooth-apparaten communiceren via radiogolven, 
hoeven uw telefoon en de andere apparaten zich niet 
direct naast elkaar te bevinden. De verbinding kan 
echter wel worden verstoord door obstakels als 
muren of andere elektronische apparaten.
Een Bluetooth-verbinding instellen
Selecteer Menu > Instellingen > Connectiviteit > 
Bluetooth en een van de volgende opties:
Bluetooth > Aan of Uit—om de Bluetooth-functie te 
activeren of deactiveren. 
geeft aan dat Bluetooth
is geactiveerd.
 
M e n u f u n c t i e s
50
Zoeken naar audiotoebehoren— om te zoeken naar 
compatibele Bluetooth-audioapparaten
Gekoppelde apparaten— om te zoeken naar 
willekeurige Bluetooth-apparaten binnen het bereik. 
Selecteer Nieuw voor een lijst van Bluetooth-
apparaten binnen het bereik. Selecteer een apparaat 
en vervolgens Koppelen. Geef het overeengekomen 
Bluetooth-wachtwoord (maximaal 16 tekens) voor het 
apparaat op om het apparaat te koppelen met uw 
telefoon. U hoeft dit wachtwoord alleen maar op te 
geven wanneer u voor het eerst verbinding met het 
apparaat maakt. De telefoon maakt verbinding met 
het apparaat en u kunt de gegevensoverdracht starten.
Actieve apparaten—om te controleren welke 
Bluetooth-verbinding momenteel actief is
Waarneembaarheid mijn telefoon of Naam van mijn 
telefoon—om te bepalen hoe uw telefoon wordt 
weergegeven op andere Bluetooth-apparaten
 
M e n u f u n c t i e s
51
Schakel de Bluetooth-functie uit of stel 
Waarneembaarheid mijn telefoon in op Verborgen als u 
zich zorgen maakt over de beveiliging. Sta geen 
verbindingen toe met Bluetooth-apparaten van bronnen die 
u niet vertrouwt.
GPRS
General packet radio service (GPRS) is een 
gegevensdrager voor draadloze toegang tot 
gegevensnetwerken zoals internet (netwerkdienst). 
Toepassingen die gebruik kunnen maken van GPRS 
zijn MMS, surfen en het downloaden van Java-
toepassingen.
Neem contact op met uw netwerkoperator of 
serviceprovider voor de beschikbaarheid van en het 
abonneren op de GPRS-dienst. Sla GPRS-instellingen 
op voor alle toepassingen die u via GPRS gebruikt. 
Informeer bij de netwerkoperator of serviceprovider 
naar de tarieven voor het gebruik van deze functie.
 
M e n u f u n c t i e s
52
Selecteer Menu > Instellingen > Connectiviteit > 
Packetgegevens > Packetgegevensverbinding. 
Selecteer Altijd online om in te stellen dat de 
telefoon automatisch moet worden geregistreerd bij 
een GPRS-netwerk wanneer het toestel wordt 
ingeschakeld. Als u Wanneer nodig selecteert, 
worden de GPRS-registratie en GPRS-verbinding tot 
stand gebracht wanneer een toepassing deze nodig 
heeft. De verbinding wordt verbroken wanneer u de 
toepassing sluit.
Gegevensoverdracht
Met uw telefoon kunt u gegevens (zoals agenda-
items, contactgegevens en notities) overdragen naar 
een compatibele computer, een ander compatibel 
apparaat of een externe internetserver 
(netwerkdienst).
 
M e n u f u n c t i e s
53
Lijst met overdrachtcontacten
U kunt alleen gegevens van uw telefoon kopiëren of 
synchroniseren als de naam van het apparaat en de 
instellingen in de lijst met overdrachtcontacten zijn 
opgenomen.
Als u een nieuw overdrachtcontact aan de lijst wilt 
toevoegen (bijvoorbeeld een mobiele telefoon), 
selecteert u Menu > Instellingen > Connectiviteit > 
Geg.overdracht > Opties > Contact toevgn > 
Telefoonsynchr. of Telefoonkopie en voert u de 
instellingen voor het overdrachttype in.
Gegevensoverdracht met een 
compatibel apparaat
Maak gebruik van draadloze Bluetooth-technologie 
voor synchronisatie. Het andere apparaat dient te zijn 
geactiveerd voordat het gegevens kan ontvangen.
Als u de gegevensoverdracht wilt starten, selecteert u 
Menu > Instellingen > Connectiviteit > 
 
M e n u f u n c t i e s
54
Geg.overdracht en selecteert u in de lijst een andere 
overdrachtcontact dan Serversynchr. of 
Computersync. De geselecteerde gegevens worden, 
afhankelijk van de instellingen, gekopieerd of 
gesynchroniseerd.
Synchroniseren vanaf een compatibele 
pc
Installeer de software Nokia PC Suite van uw 
telefoon op de pc als u gegevens als agenda-items, 
notities en contacten wilt synchroniseren. Gebruik 
draadloze Bluetooth-technologie voor de 
synchronisatie en start de synchronisatie vanaf de pc.
Synchroniseren vanaf een server
Als u een externe webserver wilt gebruiken, dient u 
zich te abonneren op een synchronisatieservice. 
Neem voor meer informatie en voor de vereiste 
instellingen voor deze service contact op met uw 
serviceprovider. 
 
M e n u f u n c t i e s
55
Als u de synchronisatie wilt starten vanaf uw 
telefoon, selecteert u Menu > Instellingen > 
Connectiviteit > Gegev.overdracht > Serversynchr.
Als u voor de eerste keer synchroniseert of na een 
onderbroken synchronisatie duurt het ongeveer 30 
minuten voordat de synchronisatie is voltooid.
Instellingen voor toebehoren
Dit item wordt alleen weergegeven als een van de 
compatibele toebehoren op de telefoon is 
aangesloten of aangesloten is geweest.
Selecteer Menu > Instellingen > Toebehoren en de 
beschikbare toebehoren. Indien beschikbaar kunt u 
Automatisch opnemen selecteren om inkomende 
oproepen automatisch te beantwoorden. Als de optie 
Oproepsignaal is ingesteld op 1 x piepen of Stil, wordt 
automatisch opnemen niet gebruikt.
 
M e n u f u n c t i e s
56
Configuratie-instellingen
Voor sommige netwerkdiensten moeten 
configuratie-instellingen op de telefoon worden 
ingesteld. U kunt de instellingen van de SIM-kaart 
halen, via een configuratiebericht ontvangen van de 
serviceprovider of uw persoonlijke instellingen 
handmatig invoeren. 
Selecteer Menu > Instellingen > Configuratie en een 
van de volgende opties: 
Standaardconfig.instellingen— om een lijst met 
serviceproviders weer te geven die zijn opgeslagen in 
de telefoon (de standaardprovider is gemarkeerd).
Std. activeren in alle toepassingen— om de 
instellingen van de standaard serviceprovider te 
gebruiken in de toepassingen.
Voorkeurstoegangspunt— om een ander 
toegangspunt te selecteren. Normaal gesproken 
wordt het toegangspunt van de 
standaardnetwerkoperator gebruikt.
 
M e n u f u n c t i e s
57
Verb. mt onderst. serviceprovider— om de 
configuratie-instellingen te downloaden van uw 
serviceprovider.
Als u de instellingen handmatig wilt invoeren, 
weergeven en wijzigen, selecteert u Menu > 
Instellingen > Configuratie > Persoonlijke 
config.instellingen.
■